![]() |
S U R I N A M E |
![]() |
![]() |
Suriname is een land ten noorden van Brazilië, met een kustlijn van 386 km.
Het landschap bestaat uit moerassen en heuvellandschappen met in het zuiden en midden verschillende bergketens. Bijna overal treft men tropisch regenwoud aan. De meeste rivieren lopen van het zuiden naar het noorden, zoals onder andere de Suriname.
Politiek
Het land was van 1667 tot 1954 een kolonie van Nederland en daarna een land binnen het Koninkrijksverband. Onafhankelijkheid kwam eerst ter sprake toen eind jaren 50 intellectuelen van zich lieten horen. Op 25 november 1975 werd Suriname dan onafhankelijk.
De Surinaamse bevolking bestaat uit meerdere etnische groepen waarvan er geen een de absolute meerderheid heeft. De voertaal en officiële taal is het Nederlands, terwijl ook het Surinaams belangrijk is. Verder zijn er een aantal lokale en inheemse talen in gebruik.
Suriname heeft zowel met Guyana als met Frans-Guyana een grensgeschil.
In de koloniale periode werden vele plantages opgericht waar slaven aan het werk werden gezet om koffie, suikerriet en specerijen te verbouwen. Behalve restanten van plantages zijn er vele houten monumenten in het centrum van Paramaribo bewaard gebleven.
Sinds 1 juli 2018 kunnen de digitale slavenregisters van de voormalige tot slaaf gemaakte Surinaamse voorouders geraadpleegd worden via het Nationaal Archief in Nederland en dat in Suriname. De registers bevatten ongeveer 80.000 namen van mensen die tussen 1830 en de afschaffing van de slavernij (in 1863) geleefd hebben. Zij staan met naam, geboortedatum, sterfdatum en namen van vaders en moeders genoteerd.
Goud en kwik!
De Wayana in de Surinaamse binnenlanden eten dagelijks vis met kwik, gebruikt bij het delven van goud. Ondanks hersenbeschadiging bij hun kinderen en nierproblemen bij volwassenen lukt het niet om het giftige goedje uit de belangrijkste industrietak te bannen.
De duizenden illegale of semi-legale goudzoekers in het land zijn veelal afkomstig uit Brazilië. Ze landen dagelijks op de kleine, onverharde landingsbaan van Kawemhakan, op de grens met Frans-Guyana, om vervolgens het gebied in te trekken en een stuk land te ontbossen en af te graven. Met grote machines en veel water spuiten ze de bodem los om de minuscuul kleine gouddeeltjes uit het sediment te winnen.
Al die goudzoekers gebruiken kwik. Het bindt zich aan de gouddeeltjes zodat het goud makkelijk gewonnen kan worden. Daarna wordt de kwik-goud-verbinding verhit, zodat het kwik verdampt en het goud overblijft. De kwikdamp wordt meegevoerd door de wind. Maar wanneer het kwik windafwaarts uitregent, wordt het in de bodem door bacteriën omgezet in methylkwik, een (organisch gebonden) vorm van kwik die gemakkelijk door vissen kan worden opgenomen en in de voedselketen van vis op vis wordt doorgegeven. Daarom bevatten grote, oude roofvissen, zoals de veel gegeten Anjumara en Piranha, de hoogste concentraties kwik. Een deel van het kwik spoelt weg naar kreken en de rivier. Hoe het metaal zich precies verspreidt in het milieu is niet goed bekend, maar het wordt inmiddels overal in het land gemeten in rivieren, in de bodem en in consumptievis.
Vooral zuigelingen, kinderen en zwangere vrouwen zijn erg gevoelig voor kwik. Blootstelling kan onomkeerbare schade veroorzaken aan de hersenen en het zenuwstelsel wanneer die nog in ontwikkeling zijn. Kinderen kunnen zich minder goed concentreren en daardoor een leerachterstand oplopen. Als bijwerkingen zijn er trillingen, prikkelbaarheid, vergeetachtigheid en nierproblemen.
Omdat vis een belangrijk deel uitmaakt van het dieet van de Wayana, krijgen mensen het giftige spul dagelijks binnen. Onderzoekers ontdekten ruim tien jaar geleden dat mensen uit Kawemhakan zeven keer zoveel kwik in hun lichaam hadden als wat volgens de internationale veiligheidsnorm acceptabel is. Maar er is geen goed beeld van de gezondheidseffecten bij veel gemeenschappen, omdat er alleen basale medische zorg aanwezig is in de dorpen en er niet stelselmatig gemonitord wordt.
Dan maar geen vis eten? Neen, want vis betekent een belangrijke eiwitbron en dus is het beter om vis met een beetje kwik te eten dan helemaal geen vis. Het advies luidt wel om bepaalde roofvissen niet of nauwelijks te eten, terwijl je andere vissoorten gerust meer kunt eten.
Kwikvrij delven gaat ook!
Hoe vervuilend het delven van goud ook is, financieel is het van groot belang. De grootste economische sector van Suriname is de zogenaamde kleinschalige, informele goudwinning -zoals het delven door individuen en kleine bedrijfjes (vaak zonder officiële vergunning) wordt genoemd. Er zijn naar schatting 30.000 mensen direct of indirect afhankelijk van de goudmijnbouw. Goudzoekers verdienen niet alleen geld, maar ze kopen ook eten en brandstof. En ze bouwen huizen en nemen kindermeisjes en een tuinman in dienst, en een wachter voor de deur!
Wereldwijd werken er meer dan 10 miljoen mensen in deze sector, die meteen de grootste bron van kwikemissies is. Naar schatting komt jaarlijks 800 ton kwik in het milieu terecht, waarvan 60.000 kilo in Suriname.
Om het wereldwijde gebruik van kwik terug te dringen en de negatieve gezondheidseffecten te beperken, hebben de VN in 2013 het Kwikverdrag van de Minamataconventie aangenomen. Suriname is een van de inmiddels 115 ondertekenaars. Het doel is niet om de kleinschalige goudmijnsector uit te bannen, maar om hem te formaliseren: mensen krijgen dan een officiële vergunning om te mogen gouddelven, waardoor ze toegang krijgen tot leningen om te kunnen investeren in kwikvrije mijnbouwmethodes. Zo maakt een schudtafel alleen gebruik van de zwaartekracht om gouddeeltjes te scheiden: je kan er zeven kilo goud per hectare mee uit de grond
halen, tegenover twee kilo met behulp van kwik. Het vraagt wel veel vaardigheden van de gebruiker, terwijl kwik heel eenvoudig werkt. Er loopt al een project om mijnbouwers hierbij te organiseren (2018 tot 2028) maar het gaat allemaal erg moeizaam.
Buurland Guyana kent overigens dezelfde problemen, maar wil zelf in 2027 kwikvrij zijn. En ondertussen gaat de kwikvervuiling door. Het maakt mensen soms bang, al wordt er niet makkelijk over gepraat. Sommigen willen het gebied zelfs verlaten, maar ze kunnen niet naar de stad omdat ze geen geld of opleiding hebben.